Let op: in deze pagina moeten nog de broodnodige links worden aangebracht.
(Zie ook Overzicht van infecties bij pasgeborenen). Sommige pasgeborenen krijgen een infectie nadat ze op de kraamafdeling van het ziekenhuis zijn opgenomen en niet van hun moeder in utero (in de baarmoeder) of tijdens de bevalling. Soms is het niet duidelijk of de moeder of de ziekenhuisomgeving de bron is. Infecties die in het ziekenhuis worden opgelopen, zijn vooral een probleem voor pasgeborenen die lang in het ziekenhuis moeten blijven, bijvoorbeeld premature pasgeborenen en voldragen pasgeborenen met ernstige medische aandoeningen. De meest voorkomende ziekenhuisinfecties zijn longontsteking (longinfectie) en bloedinfecties (bacteriëmie) als gevolg van een katheter die in een ader is ingebracht (ook wel infuus genoemd) om de pasgeborene vocht of medicijnen te geven. Bij voldragen pasgeborenen is de meest voorkomende ziekenhuisinfectie een huidinfectie door de bacterie Staphylococcus aureus. Vaak worden deze infecties pas opgemerkt als de pasgeborene thuis is. Bij baby's met een zeer laag geboortegewicht worden de meeste ziekenhuisinfecties ook veroorzaakt door stafylokokken. Maar bepaalde andere bacteriën en schimmels zijn ook de oorzaak. Hoe lager het geboortegewicht, hoe hoger het risico op infecties, vooral bij pasgeborenen die aan de beademing moeten of lange tijd een infuus nodig hebben. Hoe langer pasgeborenen in speciale verpleegafdelingen of neonatale intensivecareafdelingen (NICU's) verblijven en hoe meer ingrepen ze ondergaan, hoe groter de kans op infecties. Symptomen Diagnose
Een ziekenhuisinfectie wordt vermoed op basis van de toestand van de pasgeborene en het onderzoek door een arts. Artsen kunnen dan bloed-, urine- en ruggenmergvloeistofmonsters testen om te bepalen waar de infectie zich bevindt en welk organisme deze veroorzaakt. Behandeling
De behandeling van ziekenhuisinfecties hangt af van het specifieke organisme dat de infectie veroorzaakt. Preventie
Om de verspreiding van infecties in speciale zorgafdelingen zoals NICU's te beperken, zorgen ziekenhuismedewerkers ervoor dat er voldoende ruimte is tussen pasgeborenen die in couveuses of warmers liggen. Ze zorgen er ook voor dat de apparatuur zorgvuldig wordt gereinigd en gedesinfecteerd of gesteriliseerd en dat infusen en beademingsapparatuur zo kort mogelijk worden gebruikt. Ziekenhuispersoneel, ouders en verzorgers kunnen de verspreiding van ziekenhuisinfecties helpen voorkomen door hun handen altijd grondig te wassen met water en zeep of met antibacteriële handontsmettingsmiddelen. In het ziekenhuis worden pasgeborenen zorgvuldig gecontroleerd op tekenen van infectie. Als artsen vaststellen dat een infectie zich via de kraamafdeling verspreidt, kunnen ze bepaalde antibiotica geven aan pasgeborenen die nog niet geïnfecteerd zijn. Deze preventieve maatregel wordt profylaxe genoemd. Ziekenhuismedewerkers geven vaccins volgens het routineschema aan elke zuigeling die op dat moment in het ziekenhuis is. Sommige vaccins worden pas bij ontslag gegeven. Bronnen:
|