Oppositioneel opstandige gedragsstoornis meer kinderen  

 Het onderstaande is de letterlijke vertaling van de online versie van de Merck Manual, consumer version.    Lees meer over de Merck Manuals.

Let op:  in deze pagina moeten nog de broodnodige links worden aangebracht.

Wat is het?
Oppositioneel opstandige gedragsstoornis is een terugkerend patroon van negatief, uitdagend en ongehoorzaam gedrag, vaak gericht tegen autoriteitsfiguren.

Kinderen met een oppositionele opstandige stoornis zijn koppig, moeilijk, ongehoorzaam en prikkelbaar zonder fysiek agressief te zijn of de rechten van anderen te schenden. Oppositioneel defiant gedrag wordt soms gezien als een mildere vorm van gedragsstoornis. De twee stoornissen hebben echter duidelijke verschillen. Kinderen met een gedragsstoornis lijken geen geweten te hebben en schenden, in tegenstelling tot kinderen met een oppositionele uitdagingsstoornis, herhaaldelijk de rechten van anderen, soms zonder enig teken van irritatie.

Veel kleuters en kinderen in de vroege adolescentie vertonen af en toe oppositioneel gedrag, maar een oppositionele opstandige stoornis wordt alleen gediagnosticeerd als het gedrag 6 maanden of langer aanhoudt en ernstig genoeg is om het sociale of academische functioneren te verstoren.

Wat de oorzaak is van de oppositionele defiantiestoornis is onbekend. Het komt waarschijnlijk vaker voor bij kinderen uit gezinnen waar volwassenen luidruchtig ruziën. Deze stoornis wijst op onderliggende problemen die mogelijk verder onderzocht en behandeld moeten worden.

   Symptomen   
Symptomen van oppositionele defiantiestoornis beginnen vaak in de periode van de kleuterschool tot de middelbare school.

Typisch gedrag van deze kinderen is het volgende:

  • ruzie maken met volwassenen
  • gemakkelijk en vaak hun geduld verliezen
  • actief regels en instructies negeren
  • mensen opzettelijk irriteren
  • anderen de schuld geven van hun eigen fouten
  • boos, haatdragend en snel geïrriteerd zijn
  • kwaad en wraakzuchtig zijn

Deze kinderen kennen het verschil tussen goed en kwaad en voelen zich schuldig als ze iets doen dat ernstig verkeerd is. Velen van hen missen sociale vaardigheden.

   Diagnose   

  • een bezoek aan een arts of gedragsdeskundige
  • beschrijving van het gedrag van het kind (bijvoorbeeld door een ouder of leerkracht)

Artsen stellen de diagnose oppositionele opstandige stoornis op basis van de symptomen en het gedrag van het kind, die al minstens 6 maanden aanwezig moeten zijn en ernstig genoeg om het kind te belemmeren in zijn of haar functioneren.

Wanneer een oppositionele opstandige stoornis wordt vermoed, onderzoeken artsen alle kinderen zorgvuldig op tekenen van depressie, zoals slaap- of eetluststoornissen, en angst. Bij kinderen kunnen depressie en angststoornissen sommige van dezelfde symptomen veroorzaken als oppositionele opstandige stoornis. Zo is het belangrijkste symptoom van een depressie soms prikkelbaarheid en kan extreme angst ervoor zorgen dat kinderen met een angststoornis ongehoorzaam zijn of zich uitdagend gedragen. Artsen moeten deze stoornissen onderscheiden van de oppositionele opstandige stoornis, vaak op basis van andere symptomen die de stoornissen veroorzaken.

Artsen moeten ook onderscheid maken tussen oppositionele opstandige stoornis en onbehandelde aandachtstekortstoornis/hyperactiviteitstoornis (ADHD), die ook soortgelijke symptomen kan veroorzaken. Deze symptomen verminderen vaak wanneer ADHD adequaat wordt behandeld.

   Behandeling   

  • technieken voor gedragsmanagement
  • eventueel groepstherapie

Problemen die mogelijk bijdragen aan de symptomen (zoals disfunctioneren in het gezin of ADHD) moeten indien mogelijk worden behandeld.

Oppositionele defiantiestoornis kan het best worden behandeld met gedragsmanagementtechnieken, waaronder een consequente aanpak van discipline en passende versterking van gewenst gedrag (met beloningen). Ouders en leerkrachten kunnen worden geïnstrueerd in deze technieken door de counselor of therapeut van het kind.

Kinderen kunnen baat hebben bij groepstherapie die hen helpt hun sociale vaardigheden te verbeteren.

Medicijnen die worden gebruikt om depressieve of angststoornissen te behandelen, kunnen soms helpen.

Zelfs zonder behandeling verbeteren de meeste kinderen geleidelijk na verloop van tijd.


Bronnen:


  Einde van de pagina