Medicijnen tegen afweerreacties

Deze groep medicijnen worden ook wel immunosuppresiva of afweeronderdrukkende middelen genoemd.
Na een transplantatie is meestal een groot aantal medicijnen nodig om ervoor te zorgen dat het eigen afweersysteem het getransplanteerde orgaan niet afstoot.

De meest gebruikte middelen zijn o.a.:

  • Adalimumab (Humira)
    • Een ontstekingsremmer. Adalimumab kan door zijn invloed op het immuunsysteem latent aanwezige infecties zoals tuberculose activeren. Vooraleer adalimumab wordt opgestart zal er dus steeds een tuberculinetest en een röntgenfoto van de thorax worden uitgevoerd. Ook patiënten met hartaandoeningen worden grondig onderzocht, voordat deze behandeling wordt gestart.
      Adalimumab wordt gebruikt bij de behandeling van de ziekte van Crohn, reumatoïde artritis, de ziekte van Bechterew, colitis ulcerosa, hidradenitis suppurativa, arthritis psoriatica, en soms ook voor psoriasis.
  • Azathioprine
    • Wordt gebruikt na orgaantransplantatie, bij auto-immuunziekten zoals reumatoïde artritis, SLE en aandoeningen als de ziekte van Crohn. De stof is opgenomen in de lijst van essentiële geneesmiddelen van de WHO.
  • Basiliximab (Simulect)
    • Het wordt gebruikt om afstoting van orgaantransplantatie , inclusief nier, te voorkomen.
  • Bijnierschorshormonen
    • Ook wel corticosteroïden genoemd. Ze worden, vaak in hoge doseringen, toegepast bij de profylaxe en behandeling van afstotingsreacties bij transplantatie. Meestal worden ze in combinatie met andere immunosuppresiva toegepast. Ze werken ook ontstekingsremmend. Voorbeelden zijn betamethason, dexamethason, methylprednisolon, prednisolon, prednison en triamcinolonacetonide.
  • Ciclosporine (Sandimmune, Neoral)
    • Om afstotingsverschijnselen te onderdrukken na een orgaantransplantatie of stamceltransplantatie. Ook soms toegepast bij ernstige vormen van psoriasis. Let op: ernstige bijwerkingen, maar voor levensbedreigende situaties, zoals het handhaven van getransplanteerde organen, is het onontbeerlijk. De stof is opgenomen in de lijst van essentiële geneesmiddelen van de WHO.
  • Cyclofosfamide
    • Remt de cellen in het lichaam die afweerstoffen aanmaken. Hierdoor komen er minder afweerstoffen tegen het getransplanteerde orgaan vrij.
  • Infliximab (Remicade)
  • Etanercept
    • Wordt meestal gebruikt bij de behandeling van reuma. Duur. Wolffers (2005) blz.388-389.
  • Methotrexaat (MTX)
  • Mycofenolzuur (Mycofenolaatmofetil, Mycofenolzuur natrium, Myfortic)
    • Wordt in combinatie met andere immunosuppresiva profylactisch toegepast tegen afstotingsreacties van getransplanteerde organen. De voornaamste bijwerkingen zijn diarree, braken, een tekort aan witte bloedcellen en bloedinfecties. Gezien de werking van het middel wordt bloedarmoede, een tekort aan bloedplaatjes en andere hematologische veranderingen ook vaak gezien (zoals pancytopenie en neutropenie).
  • Prednison
    • Het is een sterker werkend analogon van het natuurlijke bijnierschorshormoon (corticosteroïde) hydrocortison. Prednison is vooral effectief bij het onderdrukken van het immuunsysteem. Het wordt voorgeschreven bij allerhande auto-immuunziekten zoals astma, multiple sclerose, de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa alsmede bij het voorkomen van afstoting na orgaantransplantaties. Ook wordt het gebruikt bij een aantal allergische aandoeningen en reuma.
      Let op: veel en ernstige bijwerkingen.
  • Mercaptopurine (Purinethol)
    • Wordt gebruikt voor de behandeling van acute lymfatische leukemie (ALL), chronische myeloïde leukemie (CML), de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa. Veel voorkomende bijwerkingen zijn beenmergonderdrukking, levertoxiciteit, braken en verlies van eetlust. Andere ernstige bijwerkingen zijn een verhoogd risico op toekomstige kanker en pancreatitis. Degenen met een genetisch tekort in thiopurine S-methyltransferase lopen een hoger risico op bijwerkingen. Gebruik tijdens de zwangerschap kan schadelijk zijn voor de baby. De stof is opgenomen in de lijst van essentiële geneesmiddelen van de WHO.
  • Rituximab (MabThera, Rituxan)
    • Wordt gebruikt bij de behandeling van B-cel-non-hodgkinlymfoom, B-celleukemie en sommige auto-immuunziekten, in het bijzonder reumatoïde artritis (in combinatie met methotrexaat). De stof is opgenomen in de lijst van essentiële geneesmiddelen van de WHO.
  • Sirolimus (Rapamycin)
    • Een immuniteitsonderdrukkend geneesmiddel, dat gebruikt wordt om afstoting na een niertransplantatie tegen te gaan.
  • Tacrolimus
    • Eeen immunosuppressief geneesmiddel. Het remt de vorming van T-cellen, de activering van lymfocyten en de productie van cytokines. Het remt calcineurine. Het middel wordt in verschillende vormen op de markt gebracht. Het vaak ingezet bij orgaantransplantaties
  • Thalidomide = softenon !!!
  • Thymocytenimmunoglobuline
    • Behandeling van afstotingsreacties bij niertransplantatie, wanneer corticosteroïden geen of onvoldoende effect hebben.
  • Vedolizumab (Entyvio)

t mofetil, rituximab of cyclosporine

Bronnen:

  • Bouvy, Marcel & Buurma, Henk. 2012. Het juiste medicijn. 463 blz. Consumentenbond. ISBN 978-90-5951-192-7.
  • Wolffers, Ivan. 2005. Medicijnen 2006-2007. Klachten, ziekten, behandeling en medicatie. 1028 blz. Uitg.Contact. ISBN 978-90-254-2604-0.
  • Apotheek.nl
  • Farmacotherapeutisch kompas

Laatste wijziging: 19 juni 2022 Colofon  Disclaimer  Privacy  Zoeken  Copyright © 2002- G. Speek

  Einde van de pagina